DIT DOCUMENT WORDT NOG HERZIEN !!
Telefoon van de dienstdoende vrijwilligers: tel. nr. 210, 211, 212, 213.
Telefoon van de verpleegkundige: tel. nr. 615.
Gebruiksregels
Wanneer de coördinator niet beschikbaar is, neemt de vrijwilliger de telefoon op.
Je neemt de telefoon op met:
“Goedemorgen/-middag/-avond, hospice Zutphen, met …( je naam)”.
Heb je iemand aan de telefoon en hoor je een piepsignaal tijdens het gesprek, dan belt iemand op de tweede lijn. Het hospice heeft nl. twee telefoonlijnen.
Alle gastenkamers hebben een eigen buitenlijn/telefoonnummer, maar je kunt ook intern naar het gastentoestel doorverbinden.
Bij doorverbinden: ’R’ intoetsen en het (interne) toestelnummer waar je naar wilt doorverbinden. Zodra diegene opneemt, meld je wie je aan de lijn hebt en als je de verbinding verbreekt wordt het gesprek overgenomen op het interne toestel.
Is degene naar wie je wilde doorverbinden niet aanwezig of telefonisch in gesprek, dan toets je ‘R’ opnieuw in en krijg je degene die belt weer terug.
Wil je ‘naar buiten’ bellen toets dan eerst een 0.
Zie verder ook onder privacy en telefoonbomen in Protocol Vrijwilligerszaken
Handleiding telefoon
Je neemt de telefoon op door de groene hoorn in te drukken.
De verbinding verbreken doe je met de rode hoorn.
Bij een oproep: op het display kun je zien waar de oproep vandaan komt.
Mogelijkheden die verschijnen op het display:
DEUR (er is aangebeld bij de voordeur),
of:
Kamer GEEL,
Kamer ORANJE,
Kamer ROOD,
Kamer GROEN,
Kamer PAARS,
Kamer BLAUW.
De melding kan komen van:
- de afstandsbediening (polsbandje van de gast) of
- de rode knop van het alarmkastje boven het bed of
- het alarmkoord in de badkamer van de gast
AAN: groene hoorn intoetsen (als je wilt praten)
UIT: toets # + 0 + rode hoorn op de telefoon of groene knop van het alarmkastje boven het bed.
Intern gesprek:
Aannemen: groene hoorn
Ophangen: rode hoorn
Extern gesprek:
Aannemen: groene hoorn
Ophangen: rode hoorn
Deurbel:
- Aannemen: groene hoorn
- Zeg: “Ik kom eraan” of “Even een momentje geduld graag” + eventueel luidsprekerstand (om diegene die buiten staat goed te horen).
- Wees je ervan bewust dat iedereen om je heen hetgeen gezegd wordt, kan horen!
- Degene die contact maakt met degene bij de voordeur, moet ook de telefoon naast de deur zetten door op toets ‘4’ te drukken.
- Ophangen: rode hoorn
- Loop naar de voordeur om die open te doen.
Invalidentoilet:
AAN: met alarmkoord (locatie: in de gang naast het bezoekerstoilet)
UIT: – rode hoorn
– knopje naast het alarmkoord
Storing alarm (hoge piep):
- Aannemen: groene hoorn (je hoort dan een stem: “storing brandcentrale”).
- Het geluid van deze storing zet je uit door 1111 in te drukken op de telefoon.
- Ophangen: rode hoorn
- Storing melden aan coördinator.
Doorverbinden:
R (linksonder op de telefoon) intoetsen + toestelnummer. De beller zit dan “onder de knop” en kan jou niet horen. Je kunt dan ruggespraak houden (vragen of hij/zij het gesprek wil overnemen)
Toestelnummers:
18 → voordeurbel
21 → vast toestel van de coördinatoren
615 → verpleging
210 → vrijwilliger 1
211 → vrijwilliger 2
212 → vrijwilliger 3
213 → vrijwilliger 4
27 → los toestel van de coördinatoren
29 → administratie
30 → spreekkamer boven
Als er is opgenomen en de ander wil het gesprek overnemen: rode hoorn
Als er niet opgenomen wordt: nogmaals R intoetsen en je hebt het gesprek weer terug.
Het hospice wordt gebeld:
Buitenlijnen komen binnen bij de coördinator.
Als dat toestel niet opgenomen wordt, gaat na 3x overgaan de buitenlijn automatisch naar de toestellen van de vrijwilligers; neem de telefoon meteen op! (de beller wacht dan al enige tijd).
Telefoon opnemen:
Goedemorgen/-middag/-avond,
Hospice Zutphen,
U spreekt met … (eigen naam).
Boodschappen aannemen:
Het volgende noteren:
- naam van diegene die belt + telefoonnummer ! ,
- boodschap en voor wie is het,
- datum,
- je eigen naam.
Naar buiten bellen:
Eerst een 0 intoetsen daarna het nummer intoetsen. Controleer of je het juiste nummer hebt ingetoetst en druk dan op de groene hoorn.
Aan het eind van het gesprek op de rode hoorn drukken.